woensdag 29 juli 2009

Château de Monbazillac


Je kent vast Bordeaux, aan de westkust van Frankrijk. Ten oosten grenzend aan dit gebied ligt de streek Bergerac, die doorsneden wordt door de rivier de Dordogne. Verschillen tussen de twee streken zijn niet waarneembaar, niet qua landschap, bodem of klimaat. Dat Bergerac geen deel uitmaakt van de Bordeauxstreek heeft ook een historisch achtergrond. In 1255 onderwierp de gehele bevolking van Bergerac, inclusief de adel, zich vrijwillig aan de Engelse koning. Deze gaf aan Bergerac het recht om de toen al geproduceerde wijnen vrij te verschepen tot aan de monding van de Gironde, dit tot groot ongenoegen van de handelaren in Bordeaux. Zij trachtten vele hindernissen op te werpen door onder andere tol te heffen. Desondanks lukte het de boeren van Bergerac om een bloeiende handel op te zetten met Engeland en andere Noord-Europese markten.
Toen in 1685 de herroeping van het Edict van Nantes een feit was had dit tot gevolg dat er een ware exodus van protestanten op gang kwam. Veel hugenoten kwamen naar de Lage Landen en gaven de belangstelling voor Bergerac-wijnen een sterke impuls. De Hollanders kochten jaarlijks meer dan de helft van de oogst.
Driekwart van de wijnen uit de Bergerac is rood. Men maakt ze van cabernet franc, cabernet sauvignon, malbec en merlot. Waarbij merlot de belangrijkste variëteit is. Als je hier door de supermarkten een rondgang maakt langs de wijnafdeling zijn de Bergerac-wijnen natuurlijk goed vertegenwoordigd. Omdat ik het leuk vind om hier wijn uit de streek te drinken leer ik nogal wat verschillende châteaux en domaines kennen. Het zijn relatief soepele wijnen met aroma’s van zwart fruit en leer.
Ongeveer vijf kilometer onder de stad Bergerac ligt een heuvelrug van 50 tot 180 meter hoogte. Er heerst een zacht najaar waarin ’s ochtends vaak nevel voorkomt en ’s middags de zon volop schijnt. De zogenaamde nobele rotting kan hierin tot ontwikkeling komen wat resulteert in kleine verschrompelde druiven met een hoog suikergehalte en een speciaal aroma. Hier zijn wij naar toe gereden om het Château de Monbazillac te bezoeken. Het kasteel is al snel bovenop de heuvel te zien tussen de eindeloos lange rijen wijnstokken. Het laatste stukje van de rit naar boven, die we regelmatig onderbroken hebben om wat foto’s te maken, gaf een bepaalde spanning. Alsof we boven geweide grond zouden betreden. Eenmaal boven aangekomen konden we de auto parkeren in de nabijheid van het kasteel op een schaduwrijke parkeerplaats. In de ontvangstruimte kon je de entreekaartjes kopen voor het kasteel, wijn proeven en natuurlijk wijn kopen. Een vlotte inspectie mijnerzijds leerde me dat er een kleine selectie Monbazillac te koop was en gelukkig niet alleen van het château zelf. Monbazillac kan namelijk uit 5 gemeenten komen waaronder het dorp Monbazillac zelf. We besloten eerst het kasteel te bezoeken. Eerlijk gezegd is dit niet een reden om naar Monbazillac te gaan. Het château is sinds 1960 in handen van de coöperatie die het netjes onderhoudt door middel van de entreegelden. Het komt echter niet authentiek op mij over. Er zijn een aantal tentoonstellingen die niet veel indruk achter gelaten hebben.
Nee, het hoogtepunt lag toch in de ontvangstruimte. Alle te koop aangeboden wijnen zijn er te proeven en worden vriendelijk en ter zake kundig voor je ingeschonken. Ik heb een aantal verschillende jaren geproefd en kon eerlijk gezegd niet zo veel verschil proeven. Het jaar 2005 is een goed jaar geweest en was ook wat duurder. Deze wijn was iets zoeter dan de andere. Alle wijnen waren echter filmend in de mond, van een hoog smaakgehalte met rijpe fruitige tonen. Het mooie zuur maakte dat je na het proeven een fris gevoel in de mond behield. Als aperitief zal ik het zelf niet zo gauw drinken maar in combinatie met een lekker nagerecht kijk ik er nu al naar uit.

Voor de goede orde, Monbazillac is een bleekgouden zoete wijn die de Fransen graag als aperitief drinken maar ook bij gevogelte, wit vlees, kazen en niet al te zoete vruchtendesserts. De wijn kan elementen van honing, rozijnen, abrikozen, perzik, banaan, acacia, kruiden, hout en vanille bevatten. Voor de kenners: Monbazillac beslaat zo’n 1750 hectare, die 45.000 hl leveren. Hij wordt gemaakt van de sémillion, sauvignon en de muscadelle. De opbrengst ligt rond de 30 hl per hectare. (Ikzelf heb slechts enkele liters hiervan meegenomen.)

zondag 26 juli 2009

Ganzenlever met lauwe zoete wijn

Op de kaart die ik in mijn hand hield stonden zoete en hartige crepes, een paar verschillende croques en wat sandwiches. In de verste verte geen teken van ganzenlever waar ze hier in de streek zo trots op zijn. Ik besloot tot de crepe banane et Nutella en nam er een glas cider bij, lekker fris en tintelend op de tong.
Aan het tafeltje naast ons zat een Nederlands echtpaar op een leeftijd waarvan je zag dat ze al veel van Frankrijk hadden gezien, maar er desalniettemin nog steeds van konden genieten.
‘Nee, ganzenlever staat hier niet op de kaart. Daarvoor moet je naar dat restaurantje met die witte pui, hier om de hoek, op het pleintje.’ Hij draaide zijn ronde enigszins kalende hoofd naar me toe en keek me met vermoeide pretoogjes aan.
‘Tsja’ zei ik zo maar.
‘Het is een echte delicatesse hoor. Zo iets moet je gewoon geproefd hebben als je hier bent.’
De ober verscheen om de bestelling op te nemen. Hij trachtte een waardigheid uit te stralen die hij bij zijn beroep vond passen maar faalde hierin door het tempo dat hij moest maken.
Mijn buurman nam het geheel met een gelaten uitdrukking op waaruit een levenslange ervaring met het bedienende deel der mensheid sprak.
‘Vroeger aten ze de lever hier met een lauwe witte wijn, en het restje dat overbleef dronken ze bij het dessert op. Maar ik hou eigenlijk niet zo van die zoete wijn.’
‘Ik heb het eerlijk gezegd nog nooit gegeten’ zei ik. ‘Ik heb nogal moeite met de manier waarop ze die lever zo groot krijgen.’
‘In Nederland kán zoiets eigenlijk niet meer hè’ zei hij inschikkelijk. ‘Je ziet hier zelfs van die foto’s waarin zo’n Franse boerin een trechter in de keel van een gans zet!’ Hij schoot in de lach alsof hij een zeer ad remme opmerking had gemaakt. ‘Ik heb een vriend hier in Frankrijk die zegt dat ze zoveel van die beesten hier hebben dat ze die hier wel moeten voeren en slachten’. Hij schaterde alsof hij de grap voor het eerst vertelde en keek me daarbij met een vriendschappelijke blik aan.
Ik móest wel terug lachen.
‘Ik heb onderweg een ganzenboerderij gezien en ben even uitgestapt. Het leken mij nogal gelukkige ganzen zo op het eerste gezicht. Maar als ik aan die grote ganzenlevers denk die ik hier in de winkels zie, dan hebben ze toch weinig reden om zo tevreden te kijken.’
‘Ach ja, die beesten kijken altijd zo…’ zei hij terwijl hij met dezelfde tevreden blik naar zijn vrouw tegenover hem keek.

Nee, het zal er in mijn geval wel nooit van komen, er zijn nog zoveel andere lekkere dingen om te proberen. Maar nieuwsgierig blijf ik wel.

maandag 20 juli 2009

Riedel: het Bourgogneglas


Wie volop van zijn wijn wil genieten kiest met zorg zijn glas. Dat was ik me altijd al bewust. In het verre verleden had ik daarom kristallen tulpvormige glazen van Schott Zwiesel aangeschaft. Eén van mijn overwegingen om die serie te nemen was het coupemodel dat hierin voorkwam. Het is een prachtig model en ik heb het vaak gebruikt, niet om uit te drinken maar om een klein gerecht in te presenteren.

Nu ik SWEN 1 (Stichting Wijn Examens Nederland) heb gedaan en me opmaak om aan SWEN 2 te beginnen vond ik dat ik wel een cadeautje had verdiend. Door mijn hernieuwde interesse in wijn kwam ik de Riedel glazen op het spoor.

De Oostenrijkse glasfabrikant maakt wijnglazen die op maat toegesneden zijn voor een speciale wijn of druivensoort. De vorm en de grootte van het glas waarborgen dat de beoogde eigenschappen van die wijn optimaal tot hun recht komen. Deze kennis nam ik voor lief als goede reclame. De opmerkingen van professionals die uit de Riedelglazen hadden gedronken en het idee hadden verschillende wijnen geproefd te hebben door de zelfde wijn uit een ander Riedelglas te drinken, vond ik intrigerend. Zou dat echt gebeurd zijn? Ik kwam de anekdote vaker tegen. Het liet mij niet meer los en ik ging op zoek. Ik vond de glazen voor het eerst in Amsterdam-zuid bij Les fleur de Lys. Kosten: gemiddeld 175 euro per handgeblazen glas. Mooi glas, dat wel, maar zou ik na één of meerdere wijntjes eruit gedronken te hebben dit nog durven afwassen, afdrogen? Ik vrees dat mijn angst voor de afwas evenredig zou stijgen met het aantal glazen dat ik zou drinken. Nee, deze glazen zouden het niet worden.

Het pleit werd beslecht in ‘De gouden ton’. Ik ging naar deze wijnkoperij aan de Oppert te Rotterdam en werd daar zeer vriendelijk ontvangen door iemand die wist waarover hij sprak en dat ook nog eens graag met mij wilde delen. Kortom, iemand naar mijn hart! Bovendien heeft deze zaak een meer dan gemiddeld aanbod en is centraal gelegen. Ik beveel hem je van harte aan.

Het bleek dat De gouden ton importeur van Riedel is en de glazen ook los verkoopt. Na ampele overweging besloot ik tot aankoop van het Bourgogneglas. Kosten: 20 euro, en daarvoor heb je het beste machinaal gemaakte glas wat je je maar kunt wensen.

Het ziet er prachtig uit. Het ligt heerlijk in de hand en wie het ragfijne glas aan de lippen zet voelt zich als een koning zo rijk.

Het glas is geschikt voor volle rode wijnen (met meer dan 12,5% alcohol) met een hoge zuurgraad en bescheiden tannines. Het glas leidt de wijn naar dat gedeelte van de tong dat zoetheid waarneemt waardoor het rijke fruit goed uitkomt en de zuren wat minder naar voren komen. De grote kelk van het glas staat garant dat je alle nuances van de aroma’s van de wijn goed tot je kunt nemen. Het wordt aanbevolen voor Barbaresco, Barbera, Barolo, rode Bourgogne, Gamay, Nebbiollo en Pinot Noir. Tot zover Riedel zelf.

Daarmee kun je toch uit de voeten, nietwaar?

Thuisgekomen heb ik een fles Beaujolais Villages licht gekoeld, en in geschonken. Wat zou mij te wachten staan? Ik rook, rood fruit, aardbeien... Maar wacht, je moet kunnen vergelijken. Ik pakte een eenvoudig rond wijnglas op steel en vulde dat met de zelfde Beaujolais. Opnieuw ruiken, weer aardbeien natuurlijk. Nog eens terug naar het Riedelglas. Wham! Ik had toch nog niet gewalst? Wat een geur! Wacht eens even, nou zal je wat beleven: walsen die wijn. Opnieuw ruiken. Wat een ruimtelijkheid, wat een weelde aan geur. Een gelaagdheid? Woorden schieten tekort.

Ik liet me met een volmaakt tevreden glimlach om de lippen terugvallen in de bank, ik had iets goeds gekocht. Iets wat een wezenlijk verschil uitmaakt.



P.S.

De gouden ton organiseert een speciale Riedel proeverij.

Related Posts with Thumbnails